Vanuit de Sky train over Bangkok zien we dat er al wat wegen onder water staan, en het meeste water moet nog door de rivieren aankomen vanuit het noorden. We nemen een kijkje in de buurt van khao San Road waar we 10 jaar geleden verbleven. We herkennen ons hotel van toen nog, en binnen is er is niet zoveel veranderd. De omgeving is wel veel drukker geworden, maar de opzet van de straat is hetzelfde. Veel eeltkraampjes, cafés, studentenkaart makers en T-shirt verkopers. Wij hadden het plan om in een andere wijk te gaan zitten deze keer. Over twee dagen komen de ouders van Els langs en tot die tijd zitten we in het A-One-Inn hotel. Bij binnenkomst leek het nog wel aardig. Het is het duurste hotel tot nu toe, maar ja dit is dan wel Bangkok. Hoe langer we in het hotel zitten, hoe meer we beseffen dat dit niet alleen het duurste maar ook het slechtste hotel is tot nu toe. Dat de riolering stinkt in onze kamer was al een bekend probleem bij de receptie, en we krijgen dan een nieuwe kamer. Voor de WIFI moeten we grof betalen dus daar doen we dan maar niet aan en de airco maakt een takke herrie, en zorgt voor een plas water in de kamer. Het is wel positief dat je in de badkamer s ochtends tegelijk kunt poepen en douchen, dat scheelt weer tijd. Het positieve is dat we over twee dagen echt in de duurste kamer gaan zitten van deze reis, in hetzelfde hotel als Els haar ouders. Op deze manier gaan we nog meer van de luxe van een internationaal hotel genieten. We rijden rond in een Tuktuk die ons gewoon brengt waar we willen zijn, geen juwelierszaak of kledingszaak onderweg. Overdag is het verkeer heel erg druk, waardoor er niet goed doorgereden kan worden. Voor Simeon is dit allemaal te rustig en hij valt in slaap. Als het donker is, en er minder verkeer is kan er tenminste doorgereden worden en Simeon vind het fantastisch. We krijgen hem alleen niet meer in slaap want adrenaline bruist nog door zijn lijf. De komende 3 weken reizen de ouders van Els met ons mee. We gaan van het slechtste en tot nu toe duurste hotel naar een drie keer duurder hotel. Lekker zwemmen, sauna en mooie grote kamers. Met Joop en Ria is gelijk een voorraad Nederlands spul meegekomen. “Ik heb al twee borden pepernoten op” komt Simeon triomfantelijk vertellen. Voor Els een Dazer om de honden weg te jagen, en voor Arjan gevulde koeken en taaie Thai Thai in Thailand. Simeon krijgt Holly van Cars van zijn neefjes en neemt zijn auto’s mee naar bed, mee in de tuktuk, mee naar het eten…. Simeon vind het geweldig dat zijn opa en oma er zijn, en hij loopt van de ene kamer naar de andere en bij kan alle verhalen doen van de afgelopen drie maanden.

Simeon is nog steeds gek op de verbod borden, en zelfs in de taxi staan de verboden, niet roken, geen durian, geen alcohol, geen vossen, geen geiten. “Mamma wat mag bij dit niet?”, Nou Simeon je mag niet slapen in de taxi.

Met z n vijven in de taxi gaan we naar Wat Pho. Simeon is heel erg onder de indruk van deze grote versie van zijn favoriete slapende Boeddha. In iedere schaal doen hij een centje, en aan het einde kopen wij de Boeddha onder de naga (een slang met 7 koppen). “Iedere dag van de week heeft een Boeddha, spaar ze alle zeven!” De boeddha’s zijn gerelateerd aan de dag dat je geboren bent, die met de naga is zaterdag, de geboortedag van Arjan. De slapende is voor de dinsdag. Voor Els een Boeddha in diepe gedachte voor de Zondag. Nu moeten we nog de mediterende boeddha voor de donderdag, de geboortedag van Simeon.

Wat Arun kan wel de piramide van Bangkok genoemd worden. Gelijk aan de rivier staat deze hoge steile wat die met een trap te beklimmen is. Gelukkig wil Simeon beneden blijven en lekker met oma knuffelen en spelen zodat we alleen op ons zelf hoeven te letten tijdens de klim. Vanuit hier een prachtig uitzicht van de mooiste tempel van Bangkok.

Tot nu toe hebben we droge voeten gehouden in Bangkok, maar het water komt steeds hoger. We eten bij een restaurantje aan de kant van de rivier. Als we er komen staat het water tot net onder de planken van de vloer. Als we over de klongs (kanalen) in het centrum varen zien we dat er niet zoveel water meer bij kan, en bij terugkomst staat het water al boven de planken van het restaurant. Als er een regenbui is kunnen de riolen maar heel even het extra water aan, en dan komt het water er net zo hard weer uit. De stanklucht vertelt dat je dan ergens anders moet gaan schuilen. Bangkok is een stad in het water geworden, en het koninklijk paleis is even een waterpaleis. In het koninklijk paleis is weer duidelijk dat Aziaten alles namaken. De wachters van de Efteling staan bij iedere deur het complex van het belangrijkste Thaise boeddha figuur te bewaken. Arjan loopt al een tijdje rond met een hele kleine versie van de Jade Boeddha, en hier is hij dan in het echt, nog steeds maar 65 centimeter en heel heilig.

In Wat Traimit staat een Boeddha die je met veel ongeloof aanschouwt. Deze Boeddha werd met toeval teruggevonden doordat een gipsen boeddha per ongeluk beschadigde. Onder het gips bleek een 2 meter hoog beeld te zitten van 5500 kilo goud. Alleen voor de goudprijs zou je al 165.000.000 Euro moeten neerleggen. We gaan maar voor de wat goedkopere souvenirs. Terug naar het hotel gaan we met twee tuktuks, die een wedstrijd doen wie er het eerst ons terug heeft gebracht. Door kleine straatjes scheuren ze, en ze overtreden flink veel verkeersregels totdat de tuktuk van Arjan en Joop niet meer weet waar hij naartoe moet, en Simeon blij is dat hij de winnaar is.